Belichtingsdriehoek in de praktijk
Het correct toepassen van de belichtingsdriehoek vergt nadenken, anticiperen en een beetje ervaring. Hoe pas je deze belichtingsdriehoek in de praktijk toe? Aan de hand van een aantal voorbeelden gaan we dit laten zien.
Als je nog niet goed weet hoe de instellingen sluitertijd, diafragma en ISO los van elkaar werken, dan is het zeer aan te raden om eerst onderstaande artikelen te lezen:
Diafragma aanpassen
Voorbeeld:
Je wil een foto maken van een landschap. Je maakt de foto en ziet dat de belichting goed is, maar dat er nog veel onscherpte in het beeld zit. Dit vind je niet mooi en je wil graag meer scherpte. Om meer scherpte toe te voegen is het nodig om je diafragma dicht te draaien en een kleinere diafragmaopening te kiezen zoals f 8 of f 11.
Het effect:
Je hebt je diafragma aangepast en je hebt de instellingen sluitertijd en ISO niet veranderd. Dan zal de foto onderbelicht raken en te donker worden. Waardoor komt dat? Doordat je de diafragmaopening kleiner maakt komt er minder licht doorheen. Je hebt de sluitertijd en ISO niet aangepast, dus de foto wordt donkerder.
Hoe los je dit op?
Dit kan je op twee manieren oplossen, namelijk:
- Door de sluitertijd te verlengen (langer te maken) of:
- Door je ISO omhoog te zetten
Welke instelling je aanpast ligt aan de situatie en hoeveel licht er in jouw omgeving is, maar je begint met de sluitertijd. Is het een zomerse dag met veel zonlicht, dan kan je de sluitertijd waarschijnlijk nog wat langer maken zonder bewegingsonscherpte te krijgen. Er is voldoende licht. Door de sluitertijd langer te maken wordt het beeld lichter. Het kan ook zijn dat je niet zoveel licht hebt en in een donkere omgeving staat, bijvoorbeeld binnen. Dan is de kans groot dat het verlengen van je sluitertijd nog steeds niet genoeg is voor een goed belicht beeld. In dat geval is het nodig om de ISO te verhogen. Je gaat meer ruis zien, maar een foto met ruis is soms beter dan een foto met veel onscherpte en ruis valt ook niet altijd op.
Sluitertijd aanpassen
Voorbeeld:
Je wilt de lichtstrepen fotograferen van de auto’s op de snelweg. De eerste foto die je hebt gemaakt heeft een goede belichting, maar je vindt de strepen te kort en je wilt graag langere strepen. Om dit voor elkaar te krijgen moet je de sluitertijd verlengen.
Het effect:
Ga je de sluitertijd verlengen en staat je diafragma en ISO gelijk, dan zal je foto te licht worden. Hoe komt dit? Hoe langer de sluitertijd open staat, hoe meer licht er op de sensor valt. Het gevolg is een lichtere foto als je de diafragma en ISO gelijk houdt. De oplossing is om minder licht te creëren.
Hoe lost je dit op?
Je kunt dit op twee manieren oplossen, namelijk door:
- een kleinere diafragmaopening te kiezen (groter f-getal)
- De ISO omlaag te zetten
Gebruik je lange sluitertijden, dan gebruik je hoogstwaarschijnlijk een statief. De eerste instelling die ik zou instellen is een zo laag mogelijke ISO. Er is voldoende licht om dit te kunnen doen en dit voorkomt ruis. Als je foto nu nog steeds te licht is, draai dan de diafragmaopening dicht.
Wanneer verhoog je je ISO?
Er zijn twee redenen waarbij je je ISO gaat verhogen. De eerste reden is omdat je juist ruis terug wilt zien in je foto. Ruis kan in sommige gevallen een mooie toevoeging zijn, bijvoorbeeld om het gevoel van de oude analoge fotografie terug te krijgen. Het geeft een mooie sfeer.
De tweede reden waarom je je ISO zou verhogen is omdat je met de combinatie sluitertijd en diafragma geen goed belicht beeld kunt krijgen. Zie onderstaand voorbeeld. Daar zie je een lichtkunstwerk van het Amsterdam Light Festival met daarbij een fotograaf. Ik wilde de fotograaf scherp in beeld hebben. Ik kon dus geen lange sluitertijd gebruiken. Als ik hier een lange sluitertijd had gebruikt, dan was de fotograaf onherkenbaar geweest door de beweging van de fotograaf. Ik stelde mijn sluitertijd in rond 1/60, omdat je met ongeveer deze sluitertijd nog scherp uit de hand kunt fotograferen.
Door het instellen van een sluitertijd van 1/60 kreeg ik een hartstikke donker beeld. Ik moest meer licht op de sensor zien te krijgen. Het eerste wat ik deed was het open zetten van het diafragma, omdat er dan meer licht op de sensor valt. Mijn grootst mogelijke diafragmaopening was f 2.8. Met f 2.8 krijg ik nu minder scherpte dan bij f / 8 of f 11, maar in dit geval hoefde het beeld niet overal scherp te zijn. Door f 2.8 in te stellen kreeg ik alsnog een te donker beeld, maar het was al een stuk beter. Het enige wat ik nog moest doen was mijn ISO verhogen om de gewenste belichting te krijgen. Dat was in dit geval ISO 1600.
Als ik f 8 had ingesteld in plaats van f 2.8 voor meer scherpte, dan had ik de ISO nog hoger moeten zetten voor dezelfde belichting. Dan zou de ISO niet ingesteld staan op ISO 1600, maar op ISO 12800! Dat is veel te veel. De kwaliteit van het beeld zou dan te slecht zijn.
Door eerdere ervaringen wist ik dat ISO 1600 acceptabel was qua ruis. Daarnaast had ik niet veel keus. Ik wilde geen lange sluitertijd gebruiken, omdat ik de fotograaf scherp in beeld wilde hebben. Ik kon mijn diafragma niet verder open zetten voor meer licht en er was geen extra licht in de omgeving. Een hoge ISO was mijn laatste redmiddel om deze foto überhaupt te kunnen maken. Dan neem ik genoegen met wat ruis in mijn foto. Ik heb tenminste iets om te laten zien.
Hopelijk is nu duidelijk hoe je de instellingen sluitertijd, diafragma en ISO in de praktijk toe kunt passen. Toch heb ik nog een kleine tip om het makkelijker te maken, namelijk:
Kies een uitgangspunt en zorg voor rust
Je wil in de nacht een foto maken waarbij alles in je foto scherp in beeld is. Dan weet je dat hier een diafragma van f 8 of f 11 bij hoort. Het diafragma wordt nu jouw uitgangspunt, want tussen f 8 en f 11 heb je de meeste scherpte. Je wil het liefst zo min mogelijk ruis, dus je zet de ISO zo laag mogelijk. De sluitertijd stond nog ingesteld op 1/60. Als je nu de foto maakt wordt de foto veel te donker.
Je kan ervoor kiezen om je diafragma open te zetten voor meer licht, maar dan heb je niet overal scherpte. Dit is dus geen optie. De ISO kan hoger, maar je wil geen ruis. Ook dit is geen optie. Deze gedachte zorgt voor rust, omdat je na het instellen van diafragma en ISO niet meer op deze instellingen hoeft te letten. Dan blijft er nog een instelling over: sluitertijd. Door het simpelweg verlengen van de sluitertijd kan je je beeld lichter maken. In plaats van 1/60 zetten we de sluitertijd langer net zolang tot jouw lichtmeter in het midden staat. Je kunt dan een goede belichting verwachten.
In het voorbeeld over het maken van lichtstrepen was de sluitertijd het uitgangspunt, net als bij sportfotografie vanwege de snelheid. Bij portret- en macrofotografie is diafragma het uitgangspunt vanwege de mooie onscherpte in de diepte. Het uitgangspunt van ISO is eigenlijk om dit altijd zo laag mogelijk te houden in verband met ruis, tenzij het niet anders kan dan je ISO te verhogen. De instelling die jouw uitgangspunt is is het belangrijkst en stel je als eerst in. Deze instelling verander je ook niet, tenzij je geen andere mogelijkheid hebt.
Slot
Het veranderen van de ene instelling heeft een effect op de andere instellingen. Daarom is het van groot belang dat je weet hoe sluitertijd, diafragma en ISO afzonderlijk van elkaar werken. Als je dit niet weet, dan wordt het heel moeilijk om optimaal gebruik te maken van de belichtingsdriehoek en de mogelijkheden van je camera. Besteed hier dus voldoende tijd aan! Ga lekker an de gang, maak veel foto’s en wees niet bang om fouten te maken, want daar leer je van.
Heb je naar aanleiding van dit artikel nog vragen? Stel jouw vragen dan in de reacties of stuur ons een mail. Wij geven je zo snel mogelijk een passend antwoord.
Gratis: Belichtingsdriehoek cheat sheets
Het kennen van de belichtingsdriehoek is van essentieel belang bij avondfotografie en bij fotografie in het algemeen. Tegelijkertijd is het ook de meest lastige stof om te begrijpen èn te onthouden. Om je te helpen hebben we twee handige cheat sheets voor je gemaakt. Deze kan je altijd raadplegen als je niet meer weet wat de belichtingsdriehoek doet en wat je moet instellen om een foto lichter of donkerder te maken.