400-regel en NPF-regel in astrofotografie – Sterren als puntjes fotograferen
Je maakt een foto van de sterrenhemel met een lange sluitertijd. Als je vervolgens je foto bekijkt en inzoomt op de sterren, dan zie je dat de sterren kleine streepjes zijn geworden. Dit wordt veroorzaakt door de draaiing van de aarde. In combinatie met een lange sluitertijd worden sterren geen puntjes meer, maar kleine streepjes. Wat nu?
Dit artikel is verschenen in het uitgebreide Praktijkboek Astrofotografie, geschreven door Renzo Gerritsen en astrofotograaf Corné Ouwehand. Wil je meer informatie over het Praktijkboek Astrofotografie? Bezoek dan deze link.
400-regel en NPF-regel in astrofotografie
Als je niet wilt dat de sterren strepen worden maar puntjes blijven, hanteer dan de 400-regel. Met de 400-regel bepaal je de maximale sluitertijd die je kunt hanteren om te voorkomen dat sterren kleine streepjes worden. Deze formule werkt als volgt:
Maximale sluitertijd = 400 / (brandpuntsafstand x crop factor van je camera)
Volg deze formule exact. Gebruik de haakjes en houd rekening met de crop factor van je camera. Hieronder vind je enkele rekenvoorbeelden:
Fotografeer je op 50 mm en gebruik je een Nikon crop camera? Dan wordt de formule als volgt:
400 / (50 x 1.5) = max 5 seconden
Fotografeer je op 14 mm en gebruik je een Canon crop camera? Dan wordt de formule als volgt:
400 / (14 x 1.6) = max 17 seconden
Fotografeer je op 20 mm en fotografeer je met een full frame camera? Dan wordt de formule als volgt:
400 / (20 x 1) = max 20 seconden
Wat je merkt is dat de sluitertijd steeds korter wordt naarmate de brandpuntsafstand toeneemt. Hoe meer je inzoomt, hoe groter de beweging van de sterren zal worden.
NPF-regel
Waar de 400-regel geen rekening mee houdt is het aantal megapixels van de camera. Tegenwoordig komen er steeds meer camera’s op de markt met een hoger aantal megapixels. Hoe hoger het aantal megapixels, hoe sneller er lichtsporen zichtbaar zullen worden. Hierdoor is de 400-regel niet altijd accuraat.
Gebruik in dat geval de NPF-regel. De NPF-regel is een ingewikkelde formule, maar houdt ten opzichte van de 400-regel rekening met het aantal megapixels van je camera. Welke camera je ook gebruikt, met deze formule krijg je een nauwkeuriger resultaat. De N in NPF staat voor diafragma (N), de P staat voor Pixel Pitch en de F staat voor Focal Length (brandpuntsafstand). De formule luidt als volgt:
Maximale sluitertijd = (35 x n (diafragma) + 30 x Pixel Pitch) / (Brandpuntsafstand)
Als je deze formule voor het eerst ziet, dan wil je deze pagina zo snel mogelijk sluiten. Gelukkig leggen wij je precies uit wat de waarden betekenen en hoe je deze formule toepast.
Het diafragma (n) en het brandpuntsafstand zijn simpele waarden om in te vullen. Is de diafragmawaarde waar je mee fotografeert f 3.5, vul dan bij ‘n’ 3.5 in. De brandpuntsafstand is het aantal millimeters waarop je fotografeert. De moeilijkheid zit hem in het invullen van Pixel Pitch (de pixeldichtheid). Daar is een aparte formule voor die je als volgt berekent:
Lengte sensor (mm) / aantal pixels in de lengte x 1000 micrometer (µm)
Voorbeeld: je fotografeert met een Sony A7 III. De Sony A7 III heeft een sensor met het formaat 35.6 mm x 23.8 mm. De beeldresolutie is 6000 x 4000 pixels. Je fotografeert met een 16 mm objectief. De Pixel pitch wordt vervolgens:
(35.6 / 6000) x 1000 = 5.93
DE NPF-formule wordt dan als volgt:
(35 x 2.8 + 30 x 5.93) / (16) = 17.24 seconden
Met een Sony A7 III, in combinatie met een 16 mm objectief, wordt jouw maximale sluitertijd 17.24 seconden.
NPF vs 400-regel
Als we vervolgens met dezelfde informatie de maximale sluitertijd gaan berekenen met behulp van de 400-regel, dan zie je dat je op een compleet andere sluitertijd uitkomt:
400 / (16 x 1) = 25 seconden
Je ziet het: er zit al zo’n 8 seconden verschil tussen de NPF-regel en de 400-regel. Dit kan het verschil maken tussen het hebben van streepjes of geen streepjes. Wil je niet met de ingewikkelde NPF-regel werken, kies dan voor de 400-regel. Kies voor de zekerheid een iets kortere sluitertijd dan de berekende maximale sluitertijd.
Declinatie
Een andere factor waarmee je rekening moet houden, is dat alle sterren aan de nachtelijke hemel anders bewegen. Alle sterren draaien rond de Poolster. De sterren die het dichtst bij de Poolster staan, leggen een kortere afstand af dan de sterren die verder van de Poolster af staan. De sterren die de grootste afstand moeten afleggen kunnen soms alsnog kleine streepjes worden. Deze factor wordt declinatie genoemd.
Ook de declinatie kan je berekenen aan de hand van een formule, maar we willen het niet lastiger maken dan het nu al is. Wij raden je aan om de Augmented Reality functie van de app Photopills te gebruiken. Via de Augmented Reality functie van deze app houdt Photopills rekening met de declinatie in de berekening van de maximale sluitertijd.
Star tracker
Ben je helemaal verslaafd geraakt aan astrofotografie? Kijk dan eens naar de aanschaf van een star tracker. Een star tracker volgt de baan van de sterren waardoor je geen streepjes zult zien. Met een star tracker kan je ontzettend lang belichten waardoor je ISO-waarde lager kan blijven en je meer details en scherpte in je foto’s kunt vastleggen. De regel van 400 of de NPF-regel zijn dan niet meer van toepassing.
Gratis e-book: waar let je op bij aankoop van een statief?
We zien het constant tijdens onze workshops. Statieven die eigenlijk te licht zijn en te onstabiel om scherpe foto’s mee te maken. Het is begrijpelijk, want de aankoop van een camera is al duur genoeg. Waar moet je op letten tijdens de aankoop van een goed statief? In dit gratis e-book gaan we hier dieper op in met o.a. tips over:
- Soorten statiefkop
- Minimale en maximale hoogte
- Gewicht en materiaal